algebra 1-3 | gelijksoortige termen

gelijksoortige termen – gelijksoortig – term

gelijksoortige termen leerwerkboek brugklas

algebra
algebra 1
oefening 8 t/m 11

Videotekst

termen

Je ziet hier een uitdrukking met allemaal termen.
Een term begint met een + of met een –
Ik zal nu de verschillende termen die hier staan omcirkelen.
Dit is een term, dus de + hoort er bij.
Dit is een term, -5c is een term, +3x2 is een term, +2p is een term, +5, -c, +3.
Je kunt het nu vergelijken met het optellen met negatieve getallen.
Hier zie je dat je +2 en +3 en -5, enzovoort, bij elkaar op moet tellen.
Er zit geen bewerking bij en dat betekent dat je moet optellen.
Want dit lijkt wel een bewerking, maar het is een plus-teken dat hoort bij het getal 3.
En hetzelfde geldt bij zo’n term.
Die + hoort bij de term en het is geen opdracht, het is +3b.
Tussen die blauwe cirkeltjes staat geen opdracht, dus is dit helemaal een optelsom.
Als je dit allemaal heel vreemd vindt, dan moet je eerst leren rekenen met negatieve getallen.

gelijksoortige termen van +2a

Hier zie je allemaal losse termen getekend en we willen nu gaan leren welke termen gelijksoortig zijn.
Want dat hebben we straks nodig.
Ik kijk eerst eens naar de term +2a.
Daar zit een a in. Er zit wel een +2 voor, maar het gaat om die a.
Dus ik ga nu zoeken naar andere termen die ook alleen maar een a hebben.
Deze heeft een b, die een c, deze heeft wel een a maar ook nog een b en een c er achter, maar deze heeft alleen maar een a.
Die maak ik daarom ook blauw.
Nu ga ik verder zoeken.
Zie ik nog meer met alleen maar een a?
Ja, deze, -7a, dus die moet ook blauw worden.
En verder, nee, zie ik niets.

gelijksoortige termen van -c

Nu kijk ik naar deze term, -c, en ik zoek andere termen die alleen maar een c hebben.
Dit is het niet, hier ook niet, hier ook niet, nee die zijn er helemaal niet, dus die -c staat helemaal apart.

gelijksoortige termen van -b

Nu ga ik naar de volgende.
-b
Ik zoek nog meer termen met een b, deze heeft een b, dus die maak ik ook rood.
En dan, deze heeft abc, deze heeft ab, deze heeft ook ab, nee, ik zie niet meer termen met alleen maar een b.

gelijksoortige termen van +3abc

Dan ga ik naar de volgende.
abc
Daar zie ik er verder geen van.
Die staat ook alleen.

gelijksoortige termen van -3ab

-3ab
En hier is ook nog een term met ab.
Oh, en ik zie er hier ook nog een.

gelijksoortige termen van +3p

Deze heeft een p en deze ook.
Meer zie ik niet.

gelijksoortige termen van +2p2

Deze term heeft p2, p kwadraat, dat is dus iets anders dan p!
p2 is p keer p en dat is iets heel anders dan p.
Deze heeft ook p2.
Dat is het.

gelijksoortige termen van -1

En nu heb ik alleen nog wat getallen over.
Deze is ook gelijksoortig met +41 en met -5.